Klik op het logo voor hulp op afstand
  
 
 
 
 
 
 
 




Protocol Sturtz lasmachine 4HSM_JC en 4VSM_JC (3.00P4)


Formaat voor het sturen van een STURTZ HSM of VSM JC meerkops lasmachines (hvsmjc.dll).

  • Uitgezonderd kaders: d.m.v. afdelingen bepaalde kaders niet naar machine sturen
  • Uitgezonderd afdeling d.m.v. afdelingen bepaalde stijlen niet op machine laten lassen
  • Min breedte" en "Min hoogte: beperkingen in breedte/hoogte van de maschine
  • Type lasmachine: type machine specifiëren (4-, 6- of 8-kops)
  • Door take-out: (automatisch = default, manueel = 5)
  • Sortering: sorteren van kaders (normaal, kaders/vleugels, vleugels/kaders)
  • Kaders omkeren: kaders omgekeerd op machine leggen
  • Runtag override: de default runtag kan overschreven worden en het formaat ingesteld
  • Creëer barcode: barcode kan zelf samengesteld/geformateerd worden d.m.v. script
  • Barcode: de script - file om de barcode zelf samen te stellen
  • Extern selectiebestand: mogelijkheid om default selectie aan te passen d.m.v. externe query

Bepalen van de uitvoering van de profielen:

De lasmachine moet de uitvoering van de profielen waaruit de kader is samengesteld kennen. Er dient een specifieke code doorgegeven te worden in functie van de buitenkleur, binnenkleur en of er al dan niet een dichting aanwezig is:

Code
Buitenkant
Binnenkant
Dichting
01
Wit
Wit
Neen
02
Wit
Folie
Neen
03
Folie
Wit
Neen
04
Folie
Folie
Neen
05
Wit
Acryl
Neen
06
Acryl
Wit
Neen
07
Acryl
Acryl
Neen
 
 
 
 
11
Wit
Wit
Ja
12
Wit
Folie
Ja
13
Folie
Wit
Ja
14
Folie
Folie
Ja
15
Wit
Acryl
Ja
16
Acryl
Wit
Ja
17
Acryl
Acryl
Ja
 
 
 
 

Deze informatie wordt geparameteriseerd in de tabellen Profiel product (voor dichting informatie), Profiel parameters (voor rotatie informatie) en Uitvoering (voor folie/lak informatie):

In de tabel Profiel product kunnen we in het opmerkingen veld d.m.v. de parameter HVSMJC_GASKET specifiëren of een profiel een dichting bezit (=1) of geen dichting heeft (=0). Indien de parameter niet bestaat wordt aangenomen dat het profiel geen dichting heeft.

 

In de tabel Uitvoeringin het opmerking veld van deze tabel wordt gebruikt om te specifiëren met welk soort profiel we te maken hebben. De parameter HVSMJC_NORMAL geeft de uitvoeringscode weer voor normaal gebruik, de parameter HVSMJC_REVERT geeft de uitvoeringscode weer voor omgekeerd gebruik.

In bovenstaand voorbeeld wil dit zeggen:

  • profiel normaal gebruikt  geeft code 03 (buiten folie/binnen wit)
  • profiel omgekeerd gebruikt geeft code 02 (buiten wit/binnen folie)

Om te specifiëren of een bepaald profiel normaal of omgekeerd gebruikt wordt kan de parameter HVSMJC_SWAP in het opmerkingveld van de tabel Profiel parameter gebruikt worden. Normaal gebruik (=0) en omgekeerd gebruik (=1). Indien de parameter niet bestaat wordt aangenomen dat het profiel normaal gebruikt wordt.

De standaard barcode (runtag decimaal 4 cijfers + kadernummer 4 cijfers) kan gewijzigd worden d.m.v. scripting, hiervoor zijn volgende parameters ter beschikking:                                                                 

FRAMECNT (kader nummer)
BATCHCNT1 (volgnummer profiel 1 (standaard = links)
BATCHREF1 (volgnummer kader profiel 1)
BATCHCNT2 (volgnummer profiel 2 (standaard = rechts)
BATCHREF2 (volgnummer kader profiel 2)
BATCHCNT3 (volgnummer profiel 3 (standaard = onder)
BATCHREF3 (volgnummer kader profiel 3)
BATCHCNT4 (volgnummer profiel 4 standaard = boven)
BATCHREF4 (volgnummer kader profiel 4)
_RUNTAG (runtag override)
_RUNTAGD (runtag decimaal)
BARCODE (barcode)
ELEMENTID (element identificatie = standaard barcode)

 

Er is een extra veld BC voorzien om de barcode door te geven, max. 8 karakters. De standaard barcode kan indien nodig vervangen worden door een zelf samengestelde d.m.v. een script en de hierboven beschikbare parameters. De standaard barcode is gewijzigd naar runtag decimaal + kadernummer elk 4 cijfers i.pl.v. 5.


Aanpassing profiel code

Er kan slechts 1 profiel code doorgegeven worden per kader in het PP veld en dit moeten 4 karakters zijn (volgens Hepro). Om dit te kunnen instellen zijn 2 extra parameters voorzien die eventueel kunnen gewijzigd worden door ze te herdefiniëren in de desbetreffende sectie [HVSMJC] in het JOPPS.INI bestand :

ProfileCodeSize= lengte uit te schrijven code (default=4)
ProfileCodeLink= profiel code uitschrijven (default=1), product code (=2)


Extra sorteringsmogelijkheden voor de kozijnen (3.00 P4)

Volgorde kaders definiëren via afdeling en volgnummer in editor/bibliotheek In de editor kan men een kader selecteren via de knop “Kaderdeel wijzigen”. Daar kan men bij de instellingen onder “Kaderdeel” de “Afdeling” en de “Volgnummer” aanpassen

Extra sorterings mogelijkheid ‘Afdeling/Volgnummer’ in sturingen lasmachines

De gebruiker kan zelf het positienummer ELEMENTID van het kozijn bepalen d.m.v. de script functionaliteit welke ook gebruikt wordt om de barcode samen te stellen:

         ELEMENTID (element identificatie = standaard barcode)
         PROJECT (project code)
         ASSEMBLY (groep code)
         FRAME (kaderdeel code)
         VENT
(vleugeldeel code)

 


Aanpassingen protocol STURTZ HSM & VSM JC meerkops lasmachines (3.25 P2 - 2542)

Aanpassingen formaat voor eventueel boorbewerkingen van beslag naar de STURTZ HSM of VSM JC meerkops lasmachines te sturen en extra informatie voor houtlook verbinding toegevoegd.

Alvorens de generatie van het bestandsformaat voor de STURTZ meerkops lasmachine te starten kunnen een aantal extra parameters ingesteld worden :

  • bewerkingen gebruikt voor de hoekboringen
  • maximum afstand van bewerking t.o.v. een hoek
  • de versie van het bestandsformaat

 

Voor elke positie waar een boring kan gebeuren dient een bewerkingscode opgegeven te worden. Dit kan in het veld “Bewerkingen”. De positie in de lijst moet overeen komen met de nummering op onderstaande schets :

 positie 1 = machine code 1
 positie 2 = machine code 2
 positie 3 = machine code 4
 positie 4 = machine code 8
 positie 5 = machine code 16
 positie 6 = machine code 32
 positie 7 = machine code 64
 positie 8 = machine code 128

 

Onderstaande screenshot toont de relatie tussen bewerkingscodes van JoPPS en de bewerkingsposities op de lasmachine :

 MOP1 = positie 1
 MOP2 = posiite 2
 …

 

 Indien de kader uitgevoerd is in houtlook verbinding dient in het veld “CC” de standaard waarde voor folie, kleur en dichting informatie vermeerderd te worden met een vaste waarde af te spreken met de machine leverancier (in dit geval blijkbaar 50). Deze waarde kan aangepast worden in de instellingen dialoog van de machine in het veld “Contralas informatie”:

 


Aanpassingen protocol STURTZ HSM & VSM JC (3.27 P22689)
 
Aanpassingen voor DOS formaat lasmachine STURTZ HSM of VSM JC. Bij instellingen is een extra formaat “Versie DOS” voorzien:
 
 
 
Om de barcode samen te stellen werden extra parameters voorzien :
 
BATCHID (nummering kaders en vleugels)
FRAMEID (nummering kaders)
VENTID 
(nummering vleugels)

 

Terug naar overzicht lasmachine 




 |  History  |
 
 

 
 
 
TECHWIN SOFTWARE
De Regenboog 11
B-2800 Mechelen
T +32(0)15 44 64 64
T +31(0)30 899 32 15 Nederland